Wanneer kunnen gemeenten de aanwijsbevoegdheid inzetten om gebieden aardgasvrij te maken?

Bron: | Nationaal Programma Lokale Warmtetransitie (nplw.nl) Dit is een samengevat artikel, versie 11 juni 2024.

Gemeenten kunnen de aanwijsbevoegdheid pas inzetten als de gewijzigde wetgeving waarin dat is geregeld in werking treedt. Zover is het nog niet. Op 23 april 2024 is de Wet gemeentelijke instrumenten warmtetransitie (Wgiw) aangenomen door de Tweede Kamer. Als de Eerste Kamer met het wetsvoorstel instemt, kan het worden gepubliceerd in het Staatsblad en per Koninklijk Besluit in werking treden. Voordat het zover is zijn er nog diverse stappen die de wetgever moet nemen. Zo moet ook het Besluit gemeentelijke instrumenten warmtetransitie nog worden behandeld. De beoogde inwerkingtreding is op dit moment 1 juli 2025.

Uitvoeringsregelgeving: het Besluit gemeentelijke instrumenten warmtetransitie
De grondslagen in de Wgiw worden verder uitgewerkt in lagere uitvoeringsregelgeving: het Besluit gemeentelijke instrumenten warmtetransitie (Bgiw). Het Bgiw is al in consultatie geweest en wordt nu aangepast naar aanleiding van de amendementen en moties die bij de behandeling van de Wgiw zijn aangenomen. Daarnaast zijn er enkele andere wijzigingen in de Bgiw voorzien, onder andere naar aanleiding van het advies van de Raad van State bij de Wgiw.

Omdat het Bgiw op verschillende punten aangepast en aangevuld moet worden, zijn verschillende instructieregels op dit moment nog niet zeker, zoals de exacte eisen bij het warmteprogramma en de wijziging van het omgevingsplan. Dit blijft zo totdat het Bgiw in voorhangprocedure is gebracht bij beide Kamers en de Raad van State advies heeft uitgebracht.

Het streven is om het Bgiw na het zomerreces van 2024 in voorhangprocedure te brengen. Hiermee wordt het Bgiw aan de Eerste en Tweede Kamerleden voorgelegd en worden zij in de gelegenheid gesteld opmerkingen over het ontwerpbesluit te maken. Ook kunnen ze met de betrokken bewindspersoon van gedachten wisselen. Na afloop van de voorhangprocedure zal het Bgiw voor advies aan de Raad van State worden voorgelegd. De Raad van State adviseert vervolgens gemiddeld genomen binnen 3 maanden, waarna het advies wordt verwerkt en het Bgiw in het Staatsblad kan worden gepubliceerd. Ook het Bgiw zal vervolgens per Koninklijk Besluit in werking treden.

Wat betekent dit voor gemeenten?
Veel gemeenten willen al aan de slag met de actualisatie van de transitievisie warmte en willen weten waar het (verplichte) warmteprogramma straks aan moet voldoen. Ook vragen gemeenten zich af of zij op basis van de huidige transitievisie warmte straks de aanwijsbevoegdheid ingezet mag worden. Dit hangt onder andere af van het overgangsrecht.

Generiek overgangsrecht
In beginsel geldt het generieke overgangsrecht op grond van de Invoeringswet Omgevingswet. Artikel 4.11 regelt dat een programma – dat wil zeggen elk beleidsdocument dat zich kwalificeert als programma – dat door het gemeentebestuur is vastgesteld op of na 23 maart 2016 onder de Omgevingswet geldt als programma. Voorwaarde hierbij is dat, als daarvan sprake is op grond van de Omgevingswet en het Omgevingsbesluit, de eventueel vereiste milieueffectrapportage-procedure is doorlopen. Dit geldt overigens alleen voor beleidsdocumenten die voor – of onmiddellijk na – de inwerkingtreding van de Omgevingswet van kracht waren.

Niet alle transitievisies warmte voldoen aan het generieke overgangsrecht. Deze gelden in beginsel dus niet als (warmte)programma. De gemeente kan op basis van die transitievisie warmte dan geen gebruik maken van de aanwijsbevoegdheid in het omgevingsplan en het gas afsluiten.

Aanvullend overgangsrecht
Voor de situatie dat een transitievisie warmte niet aan het generieke overgangsrecht voldoet, wordt in het Bgiw aanvullend overgangsrecht opgenomen. Daaraan worden wel enkele voorwaarden gekoppeld. In het Bgiw zal waarschijnlijk een eis worden opgenomen dat er in de voorbereiding van de transitievisie warmte participatie heeft plaatsgevonden. Bijvoorbeeld dat de transitievisie warmte enkele weken ter inzage lag of betrokkenen andere mogelijkheden hadden om te reageren. Hiermee vervallen de volgende procedurele eisen:

Actualiseren transitievisie warmte
Wil je als gemeente vooruitlopend op het wetgevingstraject de transitievisie warmte actualiseren? Dan is het verstandig om te kiezen voor een programma op grond van de Omgevingswet. Volg daarbij de uniforme openbare voorbereidingsprocedure (afdeling 3.4 Awb) en voer – indien nodig – een plan-mer uit. Als het programma inhoudelijk ook voldoet aan de eisen die het Klimaatakkoord stelt aan transitievisies warmte, zal het in ieder geval voldoen aan het overgangsrecht.

Meer lezen en op de hoogte blijven van aanvullingen? Hier staat het uitgebreide artikel, dat steeds wordt aangevuld. Het NLPW vervangt al een tijd het programma aardgasvrij en is goed bereikbaar voor inhoudelijke vragen.