KPN belooft andere providers goedkopere toegang te bieden via virtuele netwerken, om zo regulering te vermijden.
Het is precies dezelfde glasvezelkabel, in dezelfde meterkast, met exact dezelfde up- en downloadsnelheid. Toch kost een internetverbinding van 1 gigabit bij de ene provider 57,50 euro per maand, en bij de andere provider 45 euro.
Zulke stevige prijsverschillen zorgen ervoor dat je als consument wat te kiezen hebt. Maar niet op alle plekken in Nederland is deze mate van concurrentie mogelijk.
KPN, de grootste glasvezelaanbieder van Nederland, biedt andere breedbandproviders zoals T-Mobile of Freedom Internet toegang tot zijn netwerken. In de netwerken die KPN op dit moment aanlegt, hebben de huurders minder vrijheid om te kunnen concurreren met KPN’s eigen internetpakketten. Op die locaties zijn geen grote prijsverschillen – of onbreken alternatieven.
Na een klacht van T-Mobile, een van de huurders van KPN, overweegt de Autoriteit Consument & Markt om KPN opnieuw te reguleren om zo eerlijke huurtarieven voor glasvezeltoegang af te dwingen.
KPN probeert regulering te voorkomen en diende afgelopen week een voorstel in bij ACM. KPN wil de bestaande huurtarieven met 10 tot 30 procent verlagen. ACM noemt dit voorstel ‘betekenisvol’ en buigt zich deze week over de kleine lettertjes. Daarna, vanaf half april, kunnen andere marktpartijen ernaar kijken en neemt de ACM een beslissing.
Meer speelruimte
KPN’s glasvezelnetwerk bestaat uit twee smaken. De eerste variant beslaat ongeveer 3 miljoen huishoudens, die allemaal een apart lijntje hebben naar de straatkast. Andere providers kunnen daar eigen ‘actieve’ apparatuur plaatsen en huren alleen de laatste meters van KPN. Dat biedt providers de meeste financiële speelruimte om te concurreren.
Maar in nieuwe netwerken houdt KPN zelf de touwtjes in handen; andere providers krijgen alleen virtuele toegang tot individuele klanten. Dat wil zeggen dat ze via software, op afstand, diensten kunnen aanbieden maar geen eigen hardware mogen plaatsen.
Dit type netwerk is goedkoper om aan te leggen en te onderhouden, maar huurders hebben wel minder ruimte om te concurreren. Daarom heeft T-Mobile besloten voorlopig geen breedband aan te bieden via die netwerken: dat zou verlieslijdend zijn.
KPN’s nieuwe netwerken bieden in de toekomst maximumsnelheden tot 10 Gbit/s. KPN wil de tarieven daarvoor met 10 à 30 procent te verlagen. Maar de netwerkaanbieder rekent wel hogere huurtarieven voor hogere snelheden. Dat is volgens Rudolf van der Berg van onderzoeksbureau Stratix overbodig. „Snelheid kost geen geld meer. Het heeft geen zin om die kosten te verrekenen aan andere providers.”
Landelijk huurtarief
KPN hanteert ook verschillende huurtarieven per regio. De logica daarachter: er wordt minder glasvezel aangelegd in dunbevolkte gebieden dan in een stad. Er komt nu één landelijk huurtarief van 16,56 euro per lijn. Dat is volgens KPN twee euro goedkoper. Maar hoe dat bedrag zich precies verhoudt tot de regionale prijsverschillen is nog niet bekend.
De aanleg van glasvezel in Nederland loopt achter op die van andere Europese landen, maar raakt in een stroomversnelling. KPN schroeft het tempo op, in samenwerking met pensioenfonds APG. Daarnaast legt provider Delta een eigen glasvezelnetwerk aan, net als Open Dutch Fiber – dat heeft T-Mobile als eerste huurder.
Op veel plekken worden glasvezelnetwerken dubbel aangelegd omdat de concurrenten niet voor elkaar willen wijken. In Den Haag zijn ODF en KPN met hulp van de gemeente deze week tot een verdeling gekomen, om dubbel werk te voorkomen. Zo wordt een nieuwe ‘graafoorlog’ gemeden: in 2020 lag KPN in Den Haag met glasvezelnetwerk Primevest Capital in de clinch, een partner van T-Mobile. Daardoor moesten sommige straten twee keer worden opengebroken.
Bron: NRC, 6 april