Met het TKI (Topconsortia Kennis en Innovatie) ENGINE-project is de kennis vergroot over warmteoverdracht tussen bodem, drinkwater en warmtenetten. “De branche is nu aan zet om hierover na te denken” volgens hoofdonderzoeker dr. ir. Mirjam Blokker van KWR. Graag vertelt ze over het onderzoek, maar ook over de aanbevelingen die ook kunststofleidingproducenten ter harte mogen nemen.
Moeten branchepartners hierop inspelen?
De situatie verandert
De ondergrondse infrastructuur verandert flink door de energie- en warmtetransitie. De komende jaren worden ondergrondse warmtenetwerken aangelegd tot zo’n 350-500.000 aansluitingen in 2030; kabels en leidingen worden vervangen en er komen zwaardere leidingen bij.
Kortom, het wordt druk onder de grond en de ruimte is beperkt. Dat betekent ook dat er niet altijd grote afstand bewaard kan worden tussen warmteleidingen en drinkwaterleidingen om temperatuuroverdracht te voorkomen. Dit brengt een risico met zich mee want volgens de drinkwaterwet mag de temperatuur van het drinkwater aan de kraan niet boven de 25 °C zijn. De vraag was tot nu toe: hoe groot is de invloed van het warmtenetwerk op leidingen precies? Waarmee moet de branche rekening houden?
“We hebben met dit onderzoek vooral gekeken naar de extra invloed van warmteleidingen ten opzichte van het klimaat dat toch al aan het veranderen is,” vertelt Blokker. “En die invloed is er wel degelijk en daar moeten betrokken partijen waarschijnlijk mee aan de slag.”
Meerdere scenario’s
In het onderzoek van Blokker is het effect van een warmtenet op de drinkwatertemperatuur relatief beoordeeld. Blokker vertelt: “We hebben eerst gekeken hoeveel extra opwarming een warmtenet geeft. Het absolute effect is bepaald door een scenario mét warmtenet te vergelijken met een scenario waar geen warmtenet aanwezig is. Uit onderzoek blijkt ook dat het relatieve effect beperkt wordt beïnvloed door de absolute temperatuur.”
De vraag is nu vooral: hoe kunnen betrokken partijen tot een oplossing komen die alle partijen voldoende (ondergrondse) ruimte biedt? En dan ook nog eens op zo’n manier dat de drinkwatertemperatuur onder de grens blijft van 25 °C?
De ruimte is er
De belangrijkste aanbeveling van Blokkers onderzoek is dat er voldoende ruimte lijkt te zijn voor de energietransitie wanneer niet alle drinkwaterleidingen parallel liggen aan een warmteleiding (of andere ondergrondse warmtebronnen).
“Dat betekent dat er op sommige plekken ruimte is om leidingen dichterbij elkaar te leggen, als er ergens anders geen warmteleidingen liggen,” stelt Blokker. “Daarbij is alleen gekeken naar de drinkwatertemperatuur aan de kraan, en niet naar bijvoorbeeld de hoogste temperatuur tussen bron en kraan.”
Hoe groot de minimale afstand tussen drinkwaterleidingen en warmteleidingen moet zijn, valt buiten de scope van het TKI Engine-project. Daar mogen de betrokken partijen zich verder op bezinnen, want zij kennen alle verschillende alternatieven; van dikkere buizen, tot ander gebruik van de ondergrondse ruimte – en alles daartussenin. Wel zijn er enkele scenario’s toegevoegd waaruit blijkt hoeveel % opwarming je voorkomt bij welk scenario.
Wel zijn er een aantal aanbevelingen uit dit onderzoek die gebruikt kunnen worden om tot een oplossing te komen. Zo zijn er twee modellen (BTM+ en WTM+) ontwikkeld die een groot aantal gestandaardiseerde situaties beschrijven. Die berekeningen laten zien dat het warmtenet enige invloed heeft op de drinkwatertemperatuur in bijna alle scenario’s.
Er zijn (meer) kansen om het effect van opwarming te beperken
“Ook klimaatverandering en veranderingen in de stedelijke inrichting boven de grond hebben invloed op de drinkwatertemperatuur,” benadrukt Blokker. “Dus de oplossing zit niet alleen in de afstand van de drinkwaterleidingen tot het warmtenetwerk. De branche zou ook kunnen kijken of het een optie is om drinkwaterleidingen voortaan dieper te leggen. En vooral in de schaduw of onder het gras.”
Hoe de temperaturen oplopen in de drinkwaterleiding vóór het bij de klant terecht komt, is niet gemeten in dit onderzoek. “Maar dat zou zeker interessant kunnen zijn,” vinden Blokker en haar team. “Vooral op punten waar drinkwaterleidingen en warmteleidingen elkaar kruisen of heel dicht bij elkaar liggen. En ook de temperatuur van de drinkwaterleidingwand (of biofilm) is in dit onderzoek niet meegenomen. Er wordt nog onderzocht of hiervoor een richtlijn moet komen”
Wilt u meer achtergrondinformatie over dit onderzoek, dan vindt u hier de volledige versie van de publicatie Invloed warmtenetten op temperatuur drinkwater.
Bron: Duurzaamheid, 8 mei 2023